Je bekijkt nu Just-in-time: niet duurzaam, wel kwetsbaar
By Daniel Case (Own work) [GFDL or CC BY-SA 3.0], via Wikimedia Commons

Just-in-time: niet duurzaam, wel kwetsbaar

Winkels die alles verkopen, maar niks op voorraad hebben. Klinkt bekend? Het is de keerzijde van efficiency. Efficiency is fantastisch als het onnodige verspilling tegen gaat. Helaas kan het ook een sluipmoordenaar zijn die beetje voor beetje de lucht eruit knijpt – uit jou, uit een organisatie of zelfs uit de hele maatschappij – met grote schade tot gevolg.

Just-in-time logistiek

Vooral supermarkten maken tegenwoordig gebruik van de “Just-in-time” methode voor de logistiek. Productie en levering worden zodanig op elkaar afgestemd dat er nauwelijks tot geen voorraden nodig zijn. De leveringen gebeuren precies op tijd, dus er hoeft niets te worden opgeslagen. Dit zorgt uiteindelijk voor het wegvallen van de voorraadkosten en alle andere daar bij optredende kosten.

Maar, Wikipedia zegt het zelf al: “Een groot nadeel is dat de minste verstoring in de toeleveringen de hele bevoorradingsketen kan plat leggen. Er zijn immers geen buffervoorraden meer.”

In tijden van nood

Het spreekwoord luidt: “In tijden van nood leer je je vrienden kennen.” Op dit moment is  Albert Heijn mijn grote vriend. Dagelijks kan ik bij hem terecht om mijn eten voor die dag te kopen. Maar ook de Appie perst alle lucht en marge eruit (lees: geen voorraden) in de ratrace om met de laagste prijs de concurrentie trachten te verslaan. Met als gevolg dat wanneer de shit uitbreekt ze in no-time uitverkocht zijn. Wees er dus bewust van dat de supermarkten anno nu totaal geen duurzaam model hebben als het gaat om distributie van voedingsmiddelen. Totaal niet crisis-proof.

Plan B: Eigen buffers

Just-in-time is een vijand die toeslaat op je zwakste moment. Pas op het moment dat bevoorrading wegvalt en je ervaart dat je afhankelijk bent van de grote supermarkten, is het te laat. In die zin hadden onze grootouders het makkelijker: zij wísten dat voedselvoorraad niet vanzelfsprekend was (bv. door slechte oogsten), dus hádden ze altijd wat eten in de provisiekast. Toen was dat normaal, nu heet dat preppen.

Zorg gewoon dat zolang de supermarkten nog goed gevuld zijn, dat je lekker wat extra koopt van het met name water en lang houdbaar voedsel. Dat kan je prima je boodschappen voor het eten op de dag zelf doen, maar is er weinig aan de hand als ze onverwacht dicht of uitverkocht blijken.

En al eens aan gedacht om je eigen eten te verbouwen?